Nieuws over geschiedenis van Limburg

Nieuwe website over de geschiedenis van 150 jaar Limburg

Nieuwe website over de geschiedenis van 150 jaar Limburg

Napoleonsbaan - Vakantie in Limburg

Geschiedenis van Limburg: Napoleonsbaan / Provinciale weg 273

De Napoleonsbaan werd aangelegd vanaf 1811 tijdens het bewind van Napoleon, en daarom wordt ze ook wel Napoleonsbaan genoemd. Er werd pas laat mee begonnen omdat eerst de weg van Sint-Truiden via Tongeren en Maastricht naar Aken gereed moest komen. De Napoleonsbaan leidde van Maastricht over Maaseik naar Venlo en vormde een onderdeel van het traject naar Hamburg.

Toen in 1813 aan het Napoleontische keizerrijk een einde kwam, was de weg nog niet voltooid. Onder Koning Willem I kwam de weg gereed. Zoals gebruikelijk was de weg kaarsrecht, slechts ter plaatse van natuurlijke barrières zoals moerassen (Vijverbroek) zat er een knik in de weg. Aanvankelijk bestond de weg uit een bestraat gedeelte, aan beide zijden omzoomd door bomenrijen, met daar weer naast een afwateringssloot aan beide zijden. Later werd deze weg geasfalteerd. Met haar twee rijstroken was ze voor de aanleg van de A73 tussen Venlo en Maasbracht een belangrijke en zeer drukke noord-zuidverbinding en was tot 1 januari 2010[1] een rijksweg (administratief rijksweg 773). De weg stond wel bekend als dodenweg, aangezien er relatief veel ongevallen op deze smalle, drukke weg plaatsvonden. Tot 1996 liep de N273 tevens tussen Venray en Venlo, toen de A73 tussen die plaatsen werd opengesteld. De huidige N273 begint bij de A73 nabij Blerick en heeft een aansluiting op de A2 bij Grathem / Ittervoort.

Provincie Limburg bestaat 150 jaar - Vakantie in Limburg

Provincie Limburg bestaat 150 jaar, maar dé Limburger bestaat niet

Limburg werd precies 150 jaar geleden staatsrechtelijk gelijk aan de andere Nederlandse provincies. Reden voor een feestje? „Het wormvormig aanhangsel is intussen wel de uitgestoken hand naar Europa.”

Koningin Máxima veroorzaakte tien jaar geleden de nodige ophef toen ze in een toespraak zei dat dé Nederlander niet bestond. Tegenstanders riepen dat als men niet over dé Nederlander kon spreken, er evenmin sprake kon zijn van één Nederlandse cultuur.

Als dé Nederlander niet bestaat, is er dan ook niet zoiets als dé Limburger? Jos Schatorjé, directeur van het Limburgs Museum in Venlo, hoeft niet lang over die vraag na te denken. „In ons museum willen we duidelijk maken dat de Limburger niet bestaat. Hij bestaat slechts in het imago dat derden daarvan hebben gemaakt. Dan is de Limburger iemand met een wat vreemde tongval en een zachte g.”

Bron en meer informatie: Reformatorisch Dagblad, 15 augustus 2017

Grotten in de Sint-Pietersberg, Limburg door vreemde ogen - Vakantie in Limburg

Limburg door vreemde ogen

Reisverslagen uit de 19e eeuw

In de negentiende eeuw kwam met de uitvinding van de stoomboot en stoomlocomotief het toerisme in Europa op gang. Ook Limburg werd in die tijd een aantrekkelijke vakantiebestemming. Hoe reizigers, zowel uit Nederland als uit andere landen, Limburg zagen, maken Antoine Jacobs en Harrie Leenders duidelijk in het fraaie boek Limburg door vreemde ogen (Uitgeverij Leon van Dorp, 2017).

Limburg als ideale plek

Tegelijk met de opkomst van het toerisme, dat in het begin hoofdzakelijk voor intellectuelen en de bovenlag was weggelegd, ontstond ook een vrij massale leescultuur, met gidsen, brochures en reisverslagen over buitenlandse bestemmingen en verre oorden. Ook Limburg kreeg een plekje in deze boekenstroom:

Reëel en virtueel toerisme komen dus hand in hand, gezamenlijk op. Het is in die context dat we de mode van de negentiende-eeuwse reisbeschrijvingen moeten plaatsen. En de gezamenlijke opkomst vindt dan ook nog eens plaats op het moment dat Limburg een nieuwe en ietwat ‘aparte’ status krijgt binnen de Nederlandse staat: als een Hertogdom dat zowel onder de Nederlandse kroon valt, maar geen gewone provincie is – ‘een beetje buitenland’. Is het een wonder dat de Bovenmoerdijkse toerist Limburg zal gaan ontdekken als een ideale plek voor een kort, niet al te duur, niet al te ver verwijderd, niet al te gevaarlijk reisje?

Bron en meer informatie: Historiek.net, 26 juli 2017

Het geluk van Limburg - Vakantie in Limburg

Boeken over Limburg: Het geluk van Limburg, Marcia Luyten

Marcia Luyten schetst de glorie en ondergang van de Nederlandse steenkoolindustrie aan de hand van een bewogen familiegeschiedenis: een zoon die vecht tegen de demonen van een mijnwerkersfamilie en die met alles moet breken om zijn droom na te jagen, al zal hij de kolonie nooit echt verlaten.

Toen Sjaakie in 1949 geboren werd, zei iedereen dat de knul een perfect stel handen had voor onder de grond. Hij groeide op als de vierde generatie van een mijnwerkersgeslacht in Heilust, een mijnwerkerskolonie in Kerkrade. Een brave, katholieke gemeenschap die overliep van trots: de mijnwerkers konden harder werken, drinken, bidden, blazen, vechten en lopen dan de rest. En ze dienden de natie. Niet alleen Kerkrade draaide om kolen, een groot deel van Zuid-Limburg werd door ‘social engineers’ gevormd naar de aanwezige steenkool. Kerk, mijn en staat voerden een totalitaire regie over het mijnwerkersbestaan. Maar Sjaakie deed niet mee. Die ging zingen, het podium op. Terwijl de ster van Jack Vinders rees, begon in Heilust het verval.

Auteur: Marcia Luyten
Uitgever: De Bezige Bij
Oktober 2015