Nu Nederland stukje bij beetje van het coronaslot gaat, klimt met name de Zuid-Limburgse toeristische sector langzaam maar zeker uit het dal.

Het contrast met Noord- en Midden-Limburg is groot, blijkt woensdag uit een rondgang langs de toeristische sector in de provincie.

Vakantiehuisjes

Met het lange hemelvaartweekend voor de boeg en de pinksterdagen in het vooruitzicht, populaire periodes voor het toerisme in Limburg, zitten vooral de particuliere vakantiewoningen in de lift. “De vakwerkhuisjes in het Heuvelland zijn intussen voor driekwart verhuurd”, weet Anya Niewierra. Zij is directeur van Visit Zuid-Limburg, de voormalige VVV. Zij verklaart de populariteit van vakwerkhuisjes vooral door het type accommodatie. “Je kunt er zelf koken en je hoeft de sanitaire voorzieningen niet te delen.” De particuliere vakantiewoningen zijn vooral bij gezinnen in trek.

Mondjesmaat

In het noorden van de provincie ziet de woordvoerder van Visit Noord-Limburg, Pascal Schreurs, het toerisme mondjesmaat op gang komen. “Maar ik verwacht dat we in de maanden juli en augustus pas weer helemaal vol zitten.”

Trekkers dicht

VVV Midden-Limburg ziet een bezetting van slechts 10 tot 20 procent. “Dat was vorig jaar met Hemelvaart 80 tot 90 procent”, vergelijkt directeur Giel Polman. Volgens hem is Midden-Limburg op het moment niet in trek, omdat de grootste toeristische trekkers voor die regio, het Outlet Center in Roermond en attractiepark Toverland, met veel restricties te maken hebben.